Colombia

Dinsdag 1 maart
Met angst in het hart starten we de motor en, o wonder, hij rijdt zonder problemen weg. Zouden ze in Amsterdam nu toch hard genoeg hebben gebeden?
We zijn al vroeg bij de grensovergang en de zieken, Carla en Marijke, mogen als eersten door de controles. Alles gaat redelijk vlot en efficiënt.
De controle van de auto’s richting Colombia gebeurt voor onze ogen. Een boeiend kijkspel. Een aftandse auto wordt aangehouden, hij blijkt tjokvol eieren te zitten. Alle kartonnen eierdozen worden buiten de auto opgestapeld en uiteindelijk  komen er tien dozen met elk zes flessen sterke drank te voorschijn! En die gaan allemaal richting douaniers. Arme man, daar gaat zijn handeltje.
Direct na de grens overnachten we op de parkeerplaats van een groot hotel. Ter plekke wordt de autoverzekering voor Colombia afgesloten. Het blijkt alleen een verzekering voor schade aan personen te zijn. Blikschade aan eigen auto en die van anderen kan niet verzekerd worden.

Woensdag 2 maart
We bezoeken eerst de kathedraal in Ipiales, gebouwd  in 1916 in laat Gotische stijl en verborgen in een diepe kloof  van een rivier. De kathedraal is meer bijzonder dan mooi. De ligging over de rivier is het meest spectaculair.
We vervolgen onze doortocht door Colombia via de PanAmericana. We moeten nog enkele flinke passen over met zeer druk vrachtwagenverkeer. Gelukkig hebben we ons rijgedrag al aardig aangepast aan de hier heersende normen. Dat is de enige manier om hier in het verkeer vooruit te komen.

De rijkdom van de natuur is overweldigend, veel bloeiende tropische planten. De huizen zien er over het algemeen rijker en verzorgder uit dan in Bolivia en de mensen zijn buitengewoon vriendelijk en behulpzaam.
In de omgeving van Patia overnachten we bij campsite Turistica. Een uitgebreid toeristisch vakantieoord met een heerlijk zwembad. We koken en liggen om 9 uur op bed.

Donderdag 3 maart
Hoewel er  vandaag een route van maar 250 km voor ons ligt, blijken we op volle bergwegen met vrachtauto’s en zeer diepe gaten niet harder dan 30 à 40 km per uur te kunnen rijden. Dus ook nu zitten we de hele dag in de auto om deze kleine afstand af te leggen.

Om vier uur zijn we bij hacienda El Paraiso, in de buurt van Palmira.
Marijke heeft nog steeds last van een hevige verkoudheid. Maar ook Ans en ik blijken een virus op de Galapagos eilanden te hebben opgelopen. We sluiten ons bij het gezelschap hoesters aan en verhogen de decibellen die ‘s nachts uit de campers komen.

Vrijdag 4 en zaterdag 5 maart
We moeten deze week flink doorrijden om de lange afstanden te kunnen overbruggen. Onderweg worden regelmatig onze autopapieren door de politie gecontroleerd. Ze zijn uitermate correct, vragen waar we vandaan komen en wensen ons een goede reis.
Op en bij strategische punten zoals bruggen, spoorwegen en kruispunten staan soldaten met het geweer in de aanslag. Kennelijk wil men de PanAmericana Farc-vrij houden. Het blijkt dat ook vele Colombianen gewapend zijn. Bij een bezoek van de president van het land aan een stad wordt het alle inwoners verboden wapens te dragen. Een aanslag is gauw gepleegd.
De route die we rijden is prachtig. De zachtgroene kleine glooiende heuveltjes liggend in de valleien   tussen de bergketens, doen bijna onnatuurlijk aan. Wat weelderige natuur betreft gooit Colombia hoge ogen.

co-0311-044-t-bloem co-0311-099-t-bloem co-0311-054-t-bloem co-0311-051-t-bloem

Onze hacienda La Mellicera ligt aan de grote weg. We staan hier twee dagen en er is dus tijd om de noodzakelijke huishoudelijke klussen af te handelen en wat te luieren.

Zondag 6 maart
We bezoeken vandaag de koffieplantage van de hacienda Guayabal bij Chinchina. Het ligt in de buurt van Manizales. Michel staat ons aan de grote weg op te wachten omdat de plantage zelf nogal moeilijk te vinden is. Via een zeer smal weggetje komen we uiteindelijk bij het hostel van de koffieplantage. Prachtig gelegen op een heuvel met uitzicht over de velden met koffieplanten. De tuin staat vol exotische planten en de daarbij horende kleurrijke vogels zijn zo geduldig dat zij zich laten fotograferen. Het welkom is heel hartelijk.
We krijgen een uitstekende rondleiding over de plantage door een meisje dat zo duidelijk en expressief Spaans spreekt dat zelfs wij het kunnen begrijpen.

De stekjes van de koffieplant worden met zeer veel zorg geselecteerd. Na twee jaar dragen ze vruchten en er kan vijf jaar lang geplukt worden. Na zeven jaar wordt de boom gesnoeid tot er een tak overblijft. De geplukte bonen worden op grootte geselecteerd. Vliesjes worden er afgehaald, de bonen gedroogd en gebrand.
Uit het verhaal van onze koffieplanter begrijpen we wel dat het voor een zakenman een nachtmerrie is om in Colombia zaken te doen. Je hebt geen enkele zeggenschap over je eindproduct, de overheid knoeit daar op allerlei manieren mee. Ook wordt er zoveel ondoorzichtige tax geheven dat er amper winst te behalen valt. En je kunt nergens je beklag doen.
Wij hebben geconstateerd dat zijn bonen fantastisch waren. We hebben verrukkelijke koffie op deze plek gedronken. We zouden hier best een paar dagen willen blijven, maar dat zit er gezien onze strakke rijschema niet in.

Maandag 7 maart
We zijn bijzonder vroeg wakker, maken onze auto schoon, zetten de foto’s op de computer en rijden samen met Tom en Carla richting Medellin. Wij vinden het prettig om de grote steden met twee auto`s te doorkruisen, bij omleidingen of twijfel kun je dan even met elkaar overleggen. De portofoon bewijst dan zijn nut.

Omdat de Colombiaanse weggebruikers veel weg hebben van kamikazepiloten en er regelmatig doden vallen in het verkeer is het ministerie van wegverkeer een campagne begonnen. Voor elke dode staat er een ster op de weg getekend op de plek waar hij/zij is overleden. Ook via borden langs de weg wordt het grote aantal doden gesignaleerd. Of het tot bewustwording leidt valt zeer te betwijfelen.
Medellin doorkruisen we zonder problemen. Een goede lunchplek vinden is moeilijker. Er zijn geen vluchtstroken of parkeerhavens langs de PanAmericana. Op het platte dak van een onafgebouwd huis vinden we een prachtige plek voor de lunch.

          

Onze auto’s zetten we aan de kant in een overzichtelijke bocht. De drie hoertjes die op klandizie van de vrachtwagenchauffeurs hopen, komen nieuwsgierig kijken wat die buitenlanders toch gaan doen. Alles wat uit de camper komt wordt met grote belangstelling bekeken, ze hebben vanavond wel iets te vertellen.
Er zijn weinig goede overnachtingsmogelijkheden ten noorden van Medellin. We zetten onze auto bij een wegrestaurant waar de plaatselijke mannelijke bevolking hun net verdiende geld naar binnen giet.

co-0311-159-t-bij-cafe

Vele zijn in het begin van de avond al laveloos. Er trekt van alles aan ons voorbij. Ossen met rammelende melkbussen aan twee kanten. Een jongen die zijn dronken vader uit het café haalt en achter op de bromfiets probeert te zetten. Wij kijken en worden bekeken, met name onze auto’s. Dit heeft men nog nooit gezien, een dak dat omhoog gaat en men slaapt er ook nog in. Tot diep in de nacht horen we de aangeschoten mannen “praten”.

Dinsdag 8 maart
Carla krijgt bericht dat de toestand van haar moeder kritiek is en overweegt naar Nederland te vliegen.
Wij vervolgen onze tocht naar het noorden. We zien nauwelijks nog stenen huizen. Wel optrekjes van bamboe en plastic, zonder voorzieningen.

In het vieze water spelen kinderen. Oudere mensen in pyjama zitten wezenloos voor zich uit te staren. We rijden kennelijk door een zeer armoedige streek. Mannen met laarzen en kapmessen zijn op weg naar het land. Ook hier weer vrouwen zeulend met grote bossen hout op hun rug.
Het is triest als je je realiseert dat deze mensen deze ellende nooit te boven komen. Een betere toekomst zit er voor hen niet in.
Maar we komen ook door meer welvarende streken. Alleenstaande stenen huizen met veranda`s en tuinen vol bloemen, de keerzijde van de armoede.
We zijn met onze laatste etappe door de Andes bezig. We zullen nog wel bergen tegenkomen maar niet meer van die hoogte die we tot nu toe hebben gehad. Bij de start van de reis heb ik me niet gerealiseerd dat we maanden door de Andes zouden trekken en steeds weer passen van boven de 4000 meter zouden nemen.
Onze lodge voor vandaag ligt in een soort dierenpark, Los Caimanos bij Buena Vista. Maar voor we afslaan naar ons wildpark moeten onze voorraden aangevuld worden.

co-0311-172-t-straatbeeld

In de plaatselijke supermarkt krijgen we naast onze boodschappen een anjer aangeboden ter ere van vrouwendag. In Nederland besteedt men nauwelijks aandacht aan deze dag, in tegenstelling tot hier.
De lodge ligt op een schitterend terrein. We staan met onze camper aan het zwembad en hebben een eigen prieeltje tot onze beschikking.

Een loslopende pauw zorgt voor de nodige problemen. Hij springt op onze campers, pikt met zijn snavel in het glas en op de lak. We verjagen hem met kreten, bezems en ballen. Maar het beest is niet erg onder de indruk van onze tegenaanval.

Woensdag 9 maart
Voordat we vertrekken maken we onze tassen klaar voor ons verblijf in Cartagena. We bouwen zoveel mogelijk de bus al om: kostbare spullen onder in de bank, band van het dak en vastzetten in de binnenruimte van de camper. Tenslotte is het niet de meest aantrekkelijke streek om je auto op de boot te zetten.
Aan het einde van de middag komen we aan bij ons hotel Costa del Sol in Cartagena, hotel met zeezicht.

Marijke is nog steeds niet lekker en alleen daarom is het al fijn om in een hotel te verblijven.

Donderdag 10 maart
Om twaalf uur is er een briefing over de procedure in de haven. Vrijdag om twee uur gaan de eigenaren met de campers naar de haven. Tot dan hebben we vrij.
Een door ons geleende weekendtas van Henk en Geertje verdwijnt in de lounge. Kennelijk heeft Henk bij teruggave niet genoteerd dat wij de tas naast hem hebben neergelegd. Hij staat op zonder de tas mee te nemen. Hoewel de tas leeg was, is het  toch vervelend als zo’n ding direct verdwijnt.

We nemen een taxi naar de oude stad. De meeste oude gebouwen zijn prachtig gerestaureerd en de vele huizen met balkon doen denken aan oude Spaanse steden. Het is er gezellig druk, er zijn diverse  terrassen en ontelbare restaurantjes, en het is genoeglijk dwalen langs de vele souvenirwinkels.
We bezoeken de kerk en het klooster van San Pedro Claver, die zich in 1610 in Cartagena vestigde. Deze monnik heeft veel gedaan om het zware leven van de slaven iets te verzachten. Een bronzen beeld op het voorplein van het klooster herinnert aan zijn goede daden.
Het Museo del Oro is gesloten en het museum over de geschiedenis van Cartagena heeft meer lege zalen dan volle. Een hele middag stad vinden we genoeg en we nemen een taxi terug naar het hotel. Vanwege het ‘all inclusive’-arrangement eten we in het hotel.

Vrijdag 11 maart
Carla vertrekt naar Nederland. Op weg naar huis krijgt ze bericht dat haar moeder is overleden.
Om twee uur start ons konvooi richting haven.

Met knipperlichten en portofoon aan trekken negen busjes door de stad. Het is een mooi gezicht en we hebben veel bekijks. Tot zeven uur zijn we bezig met het invullen van allerlei paperassen en met wachten. Een tussenpersoon regelt de nodige zaken waardoor het in verhouding nog redelijk vlug gaat.
We eten gezamenlijk in de stad en worden met een koetsje, na een tocht door de oude stadsdeel van Cartagena, weer naar het hotel gebracht.

Zaterdag 12 maart
Ook vandaag is er een vrije dag omdat pas zondag de narcoticadienst onze auto’s gaat controleren.
We gaan weer naar de oude stad. Opvallend zijn het grote aantal Afrikaans uitziende mannen en vrouwen in de stad. Fors en groot gebouwd, zeer donker van huidskleur, kroeshaar en met name de vrouwen hebben brede heupen en een goed schommelend achterwerk. Het zijn duidelijk de nazaten van de slaven die hier in de Spaanse tijd met boten aan land werden gezet en verkocht om in de plantages te gaan werken.
Nu lopen de Afrikaanse vrouwen in grote aantallen met flesjes olie langs het strand en proberen een massage te verkopen. Ze wachten niet op het antwoord maar starten de behandeling meteen. Je moet letterlijk de vrouwen van je af duwen. Standvastig en doortastend zijn ze wel.
Na het stadsbezoek gaan we nog even naar het strand om te zonnen en te lezen. De strandgangers in Cartagena bestaan deels uit toeristen en deels uit handelaren die hun waar willen verkopen. De laatste groep is in de meerderheid en aan rustig lezen komen we niet toe.

Zondag 13 maart
De eigenaren van de auto’s vertrekken om acht uur met taxi’s naar de haven. We hangen, wachten en rond half elf is de eerste auto aan de beurt. In een grote loods worden drie auto’s tegelijk onderzocht. Alles moet uitgepakt worden, alle sloten losgemaakt, de inhoud van de schuiflades uitgestald. Overal wordt aan geroken. Bij Wim wordt letterlijk alles uit elkaar gehaald en tot in detail onderzocht. Toch vreemd want hij ziet er echt betrouwbaar uit.
Waarschijnlijk is het voor de narcoticabrigade een leuke zondag. Ze kunnen hun nieuwsgierigheid bevredigen onder het mom van professionele grondigheid. Als laatste gaat de narcoticahond de campers nog eens grondig besnuffelen en vindt uiteraard niets.
Daarna proberen we alles weer op de juiste plek terug te zetten. Sloten en andere beveiliging worden weer op kasten en banden gezet en nu maar hopen dat de campers veilig in Colon aankomen. Om zeven uur kunnen we de haven verlaten. Ik ben moe maar tevreden dat deze klus geklaard is. De bijrijders hebben zich ondertussen in en rond het hotel vermaakt. Marijke heeft voorbereidingen getroffen voor een update van de site.

Naar verslag Panama