Dinsdag 8 april
Vandaag maken wij de overtocht naar Corsica. Omdat het nog vroeg in het vakantieseizoen is, varen niet alle maatschappijen. Mobylines is nog uitgeschakeld, dus wordt het Corsicalines die drie keer per dag naar het eiland oversteekt.
Voor 195 euro bereiken wij de overkant. De boot vertrekt om 3 uur ’s middags en wij komen rond 8 uur ’s avonds in Basti aan. Het is al donker en wij hebben nog geen overnachtingsplek.
In het donker rijden we de zeer bochtige weg ten noorden van Bastia naar camping La Pietra bij Pietracorbara. De camping is al gesloten maar er is parkeermogelijkheid voor de camping (handig te weten voor mensen die ook in het voorseizoen reizen en geen plek vinden). Bij aankomst blijkt de slagboom omhoog te staan!
Woensdag 9 april
Vandaag rijden wij de route Cap Corse, ook wel de vinger genoemd. Met name voor campers wordt aangeraden deze weg “linksom” te rijden, je rijdt aan de rotskant en dat is veiliger met name doordat de Corsicanen nog al eens met hoge snelheid de binnenbocht nemen en de bergwegen smal kunnen zijn.
De D81 een D80 vallen in dit opzicht mee. De wegen zijn goed geasfalteerd, zeer kronkelig met haarspeldbochten, maar weinig verkeer. Dit zal in het hoogseizoen anders zijn.
We rijden langs indrukwekkende kliffen, ruige rotsen, zo nu een dan een prachtige doorkijk naar de zee en doorkruisen authentieke bergdorpen.
Het weer is droog maar grauw, wat jammer genoeg van invloed is op de foto’s.
We overnachten nog een nacht op camping La Pietra.
Donderdag 10 t/m 12 april
Vanuit Bastia aan de oostkust gaan we via de D81 dwars door het binnenland naar Calvi aan de westkust. Onze poging om Saint Florent te bezoeken word gecanceld omdat we geen parkeerplaats kunnen vinden. In de haven lijkt het hoogseizoen al begonnen, alle plekken om aan te meren zijn bezet.
Ook nu rijden we een schitterende bergroute. De bermen zijn bezaaid met de meest kleurrijke voorjaarsbloemen. Het landschap is vooral ruig, robuust en afwisselend.
In Calvi vinden we een camping dicht bij de stad zodat we morgen lopend naar de haven kunnen.
Rond de middag zijn we in Calvi, we genieten van een heerlijke lunch gemaakt van de verse garnalen die wij onderweg hebben gekocht. En we koesteren ons in de zon die eindelijk even verschijnt.
De volgende twee dagen brengen we poetsend, wassend en lezend door, afgewisseld met een bezoek aan Calvi en het volgen van de rode wouw. Deze roofvogel heeft een opvallende gevorkte staart en kan een spanwijdte van circa 1,60 meter hebben. In Nederland komt deze nauwelijks voor en hier zien we meerderen tegelijk. Er wordt gezegd dat deze vogel staat voor de noodzaak om flexibel te zijn en je aan te passen. Vandaar dat deze vogel steeds op ons pad komt!
Vanaf de camping lopen we langs de haven die nog grotendeels in winterslaap is. Een enkel terras is geopend en daar verzamelen de toeristen zich. Zittend achter onze aperol spritz zien we voor ons een witte boot met een zwart kruis en mensen in donkere kleding varen. Kennelijk is dit een begrafenisboot die mensen naar zee heeft gebracht om de as van hun geliefde uit te strooien.
Calvi is de vierde grote stad van Corsica met maar 5ooo inwoners. De grote citadel rijst als een krachtig bolwerk uit zee omhoog. Het is gebouwd vanaf de 13de eeuw en versterkt in de 15de en 17de eeuw. Als belangrijkste inwoner van Calvi wordt Columbus genoemd die hier geboren zou zijn.
Na een heerlijke maaltijd lopen we terug naar onze camping.
Zondag 13 april
Het eerste gedeelte van de D81 van Calvi naar Porto is makkelijk te rijden, het tweede gedeelte is zeer kronkelig met veel haarspeldbochten. Maar door het slechte weer zijn de uitzichten niet wat wij hadden gehoopt.
In Porto vinden wij aan de haven een parkeerplaats en met ons nog veertien andere campers. Er zijn geen voorzieningen maar de plek wordt in het voorseizoen kennelijk gedoogd als overnachtingsplaats.
In het stadje gebruiken we de lunch en vluchten dan snel door de regen onze camper in.
Maandag 14 april
Om 7 uur worden wij gewekt door grote buldozers die bezig zijn de haven van Porto uit te diepen.
Rond 9 uur vervolgen wij onze inmiddels vertrouwde weg over de D81 naar Ajaccio.
Het is duidelijk drukker vandaag. Het lijkt of iedereen naar de Calanches de Piana gaat, de rode rotsen.
De weg vraagt alle aandacht dus veel hebben Geert en ik er niet van gezien. Bovendien waren de stopplaatsen vol en regende het de hele dag. Maar datgene wat we nog gezien hebben was indrukwekkend. Gelukkig hebben Marijke en Hammie meer indrukken opgedaan. Maar het waren niet de ideale condities voor deze bergtocht.
Filmpje van route Naar Ajaccio (mov-bestand)
In Ajaccio belanden wij via een zeer smalle toegangsweg op camping Les Mimosas, een bomenrijke camping met veel broedende vogels. Vanuit ons raam volgen we in een struikje naast onze camper het broedproces van een vink. Ze heeft inmiddels drie eieren gelegd en trekt zich van haar buren (ons) niets aan.
Met een taxi laten wij ons naar Ajaccio brengen., de hoofdstad van Corsica. De zon schijnt zowaar en dat maakt een rondwandeling door de stad een stuk aangenamer.
We beginnen aan de haven en slenteren over de kleine dagelijkse markt op Place Abbatucci waar verse streekartikelen als worst en kaas, specialiteiten waar Corsica bekend om is, verkocht worden.
Dan bezoeken wij onze tweede citadel, Corsica heeft er in totaal vijf (naast Calvi en Ajaccio, ook Bastia Bonifacio en Corte). De citadel van Ajaccio en Calvi zijn beide Genueze militaire vestigingen die hetzelfde doel hadden, namelijk aanvallen van buitenaf verslaan en opstanden van binnenuit beheersen.
Corsica was vanaf de 13de tot de 18de eeuw grotendeels in handen van de republiek Genua, de Corsicanen laten hun ongenoegen hierover blijken door opstanden. Als garnizoensstad speelde Ajaccio een centrale rol in de militaire controle over Corsica. Vanaf 1492 tot 2005 is de citadel militair terrein gebleven. Pas in 2019 heeft het Franse leger de citadel aan de stad Ajaccio overgedragen en is het opengesteld voor publiek. De citadel ziet er verwaarloosd en slecht onderhouden uit. Er is nu een grootschalig project gestaart voor een renovatie die in 2030 voltooid moet zijn.
Inmiddels zijn wij aan een lunch toe en zoeken een restaurantje in het oude gedeelte van de stad waar we een heerlijk Corsicaans mosselengerecht met kaas nuttigen.
Daarna nog even het geboortehuis van Napoleon bekeken. Een statig herenhuis met meerdere verdiepingen, schaars gemeubileerd en gevuld met persoonlijke bezittingen en documenten. Waarschijnlijk net groot genoeg om met vijftien mensen in te leven! Dertien kinderen en de ouders van Napoleon. Van de dertien kinderen zijn er vijf op jonge leeftijd overleden.
Dan bezoeken we het museum Fesh genoemd naar kardinaal Fesh, een oom van Napoleon, die al zijn schilderijen aan het museum geschonken heeft. Het museum herbergt een overdonderende hoeveelheid schilderijen waardoor wij door de bomen het bos niet meer zien.
Rond zes uur hebben we nog een concert in een kerk gepland. Maar dat gaat voor mij niet door. De mosselen hebben zich op een vervelende manier laten gelden en Marijke en ik keren met de taxi terug naar de camping. Ook Geert krijgt klachten en we moeten constateren dat de mosselen er lekkerder uitzagen dan ze waren.
Woensdag 16 april
De regen komt met bakken uit de hemel! Gelukkig kunnen we daardoor onze tijd rustig aan de website besteden.